Met autisme bedoelen we autisme-spectrumstoornis (ASS).
Bij mensen met autisme verloopt de informatieverwerking in de hersenen op een andere manier. Daardoor hebben ze vaak moeite om sociale situaties goed in te schatten en vinden ze het lastig om met veranderingen om te gaan. Andere dingen kunnen juist weer heel gemakkelijk zijn, zoals het heel nauwkeurig werken of het snel kunnen zien van details.
Autisme is een ontwikkelingsstoornis, het beloop is niet altijd goed te voorspellen. Autisme uit zich bij iedereen anders. Wat iemand lastig vindt of waar iemand juist goed in is, verschilt per persoon. Wel hebben veel mensen met autisme met elkaar gemeen dat ze moeite hebben om andere mensen goed te begrijpen en aan te voelen. Omdat ze moeite hebben met overzicht en het onderscheid tussen betekenisvolle hoofd- en bijzaken, hebben ze ook veel behoefte aan vaste patronen en voorspelbaarheid. Mensen met autisme worstelen vaak met gewone alledaagse dingen. Het is daarom belangrijk dat ze leren herkennen welke situaties lastig zijn, signaleren wanneer de stress oploopt en vaardigheden aanleren om met deze situaties en oplopende stress om te gaan.
Autisme is de verzamelnaam voor gedragskenmerken die duiden op een kwetsbaarheid op het gebied van sociale interactie, communicatie, flexibiliteit in denken, bewegen en handelen, in de zintuiglijke prikkelverwerking en op het gebied van filteren en integreren van informatie.
Daarnaast ervaren mensen met autisme ook vaak problemen met uitvoerend handelen met name op het gebied van plannen en organiseren.
Als onderliggende verklaringen voor deze gedragskenmerken worden problemen met theory of mind, executieve functies en gebrek aan centrale coherentie veel genoemd – maar deze zijn niet voor alle mensen met autisme herkenbaar.
Autisme kan op dit moment niet op een objectieve manier worden vastgesteld via lichamelijk onderzoek zoals bloedonderzoek of een hersenscan.
Autisme kan alleen worden aangetoond aan de hand van gedragskenmerken, vast te stellen via vragenlijsten, interviews en observaties.
Vroeger onderscheidden we verschillende soorten autisme, onder andere: klassiek autisme, Asperger en PDD-NOS (Pervasieve Development Disorder-Not Otherwise Specified) en McDD. Deze onderverdeling wordt steeds meer losgelaten.
bron: Leo Kannerhuis; NVA